Staphylococcen rund

Staphylococcus aureus

Voorkomen

Staphylococcus aureus is een koe gebonden bacterie. De bacterie overleeft het langst en vermeerdert het best in en op de uier, op de huid, in de bek en in de vagina van de koeien en slechts in veel mindere mate in de omgeving van de koe.

Ziekteverloop en klinische verschijnselen

Klinische uierontstekingen door Staphylococcus aureus gaan meestal gepaard met een zwelling van de uier en vlokken in de melk. De algemene ziektesymptomen kunnen enorm variëren van afwezigheid van algemene ziektetekens, tot koorts en eetlustdaling en zelfs shock. Het celgetal van koeien met een subklinische uierontsteking kan sterk schommelen, maar is meestal erg hoog. Staphylococcus aureus veroorzaakt ook dikwijls chronische uierontstekingen die vaak gepaard gaan met “harde schijven” in de uier en een regelmatige klinische opflakkering.

Behandeling

De behandeling van Staphylococcus aureus infecties is vaak weinig succesvol. Staphylococcus aureus bacteriën kunnen immers in de afweercellen van de uier overleven, waardoor ze onbereikbaar zijn voor de toegediende antibiotica. Oudere koeien (> 2 lactaties) met een Staphylococcus aureus infectie, worden als het celgetal reeds langdurig verhoogd is (> 3 maanden) en/of als er meerdere kwartieren besmet zijn beter zo snel mogelijk opgeruimd.

Preventie

Staphylococcus aureus is een besmettelijke kiem die zich snel kan verspreiden naar gezonde koeien. De overdracht gebeurt meestal tijdens het melken via de melkklauw, de gebruikte uierdoeken of de handen van de melker. Het is aangewezen om met S. aureus geïnfecteerde koeien als laatste te melken of het melkstel uit te spoelen met heet water (> 75°C) na het melken van een dergelijke koe. Op deze manier wordt overdracht van koe tot koe zoveel mogelijk beperkt. Zorgvuldig dippen van de spenen na het melken, alle koeien droogzetten met antibiotica, een goed afgestelde melkmachine en een correcte melktechniek hanteren, zijn erg effectief in het voorkomen van nieuwe infecties met Staphylococcus aureus. Ruim chronisch geïnfecteerde koeien zo snel mogelijk op.

Coagulase-negatieve stafylokokken (“Staphylococcus spp.”)

Voorkomen

Tot de heterogene groep van de coagulase-negatieve stafylokokken behoren een veertigtal verschillende soorten stafylokokken. Een groot aantal ervan, zoals Staphylococcus chromogenes, Staphylococcus haemolyticus, Staphylococcus hyicus, Staphylococcus epidermidis zijn bij het rund terug te vinden en meerdere soorten kunnen subklinische uierinfecties veroorzaken. Daarnaast zijn ze aanwezig op de speenhuid en op andere plaatsen op het lichaam van de koe. Sommige species zoals Staphylococcus cohnii, Staphylococcus saphrophyticus en Staphylococcus scuiri zijn ook terug te vinden in de omgeving van de dieren. Belangrijk om weten is dat ook deze groep van bacteriën deel uitmaken van de normale flora van de huid van de mens. Op de uitslag van het bacteriologisch onderzoek worden ze als 1 groep vermeld onder de benaming “Staphylococcus spp.”.

Ziekteverloop en klinische verschijnselen

De coagulase-negatieve stafylokokken worden nog steeds als “minor pathogenen” (= minder schadelijk) beschouwd. In tegenstelling tot Staphylococcus aureus zullen de coagulase-negatieve stafylokokken immers niet zo vaak klinische infecties veroorzaken. Ze veroorzaken wel subklinische uierinfecties met een lichte tot matige stijging van het koecelgetal tot gevolg. Slechts in heel uitzonderlijke gevallen, wanneer heel veel dieren/kwartieren geïnfecteerd zijn met Staphylococcus spp. kan het tankmelkcelgetal toenemen.

Behandeling

Uierinfecties veroorzaakt door coagulase-negatieve stafylokokken genezen vaak spontaan (= zonder behandeling). Daarom is het slechts in uitzonderlijke gevallen nodig om koeien met een subklinische uierinfectie veroorzaakt door coagulase-negatieve stafylokokken met antibiotica te behandelen.

Preventie

Op bedrijven waar de spenen zorgvuldig worden gedipt na het melken, alle hoog celgetal koeien worden drooggezet met antibiotica, de melkmachine goed is afgesteld en een correcte melktechniek wordt gehanteerd, is de kans dat er uiergezondheidsproblemen ontstaan door de coagulase-negatieve stafylokokken erg klein.

Voor vragen kunt u altijd contact opnemen
Neem contact op